>Een zatlap loopt 's nachts over straat en belt om 4 uur 's morgens aan bij mensen.
>
>De man des huizes staat woedend op en vraagt: 'Wat is dat hier, wat scheelt er?
>
>' De zatlap: 'Kom me duwen! Je moet me komen duwen!'
>
>Razend zegt de bewoner: 'Ik ken je niet eens, het is 4 uur in de morgen, en jij vraagt me om je te komen duwen. Bol het af jong...'
>
>Terug in de slaapkamer, legt hij zich terug in bed, maar zijn vrouw speelt hem de les: 'Nu heb je toch overdreven. Het is jou toch ook al overkomen dat je in panne staat met de wagen. Je had die sukkelaar toch wel even kunnen helpen duwen.'
>
>Man: 'Ja, maar die kerel was strontzat.'
>
>Vrouw: 'Reden te meer om hem te helpen, het gaat hem nooit alleen lukken. Nee, zo ken ik je helemaal niet, ik ben zeer teleurgesteld in je.'
>
>Haar man, helemaal ontdaan, kleed zich toch maar weer aan en gaat naar beneden.
>Hij opent de deur en roept: 'He kerel, ik kom je duwen, waar zit je?'
>
>Zatlap: 'Hier in de tuin, op de schommel'
Groetjes